Verkondiging 19 februari 2023 – zevende zondag door het jaar
Lezingen
Leviticus 19, 1-2, 17-18
Psalm 103
1 Korinthe 3, 16-23
Mattheüs 5, 38-48
Welkom
Voor sommigen is dit het carnavalsweekeinde: de aanloop naar een periode van soberheid en bezinning vanaf Aswoensdag. Of je dit nu wel of niet viert; het is voor ons allemaal een mooie gelegenheid om na te denken over maskers op en maskers af. Wat is het gezicht dat je laat zien? En wat is het gezicht dat je niet wilt laten zien? Wat is je ware gezicht en weerspiegelt dit gezicht je innerlijk?
De onderwijzing van Leviticus roept ons op een gezicht van heiligheid te tonen, niet als buitenkant maar als teken van onze innerlijke overtuiging. Jezus geeft concrete handvatten om die heiligheid gestalte te geven en hij gaat verder dan de onderwijzing van Mozes ons vraagt. In tijden van oorlog lijkt het onmogelijk om vijanden niet te haten. Ik zou het in onze context zo vertalen: laat ondanks oorlog en geweld niet een kans tot verzoening ontglippen. Dient een mogelijkheid zich aan: grijp die dan met beide handen aan. Na een jaar oorlog in Europa lijkt die gelegenheid er nog niet te zijn. Toch zijn wij mensen van hoop en beseffen we dat allen vrede en verzoening wensen. We blijven bidden en hopen dat dit verlangen uiteindelijk allen zal leiden. Bidden we in stilte voor alle slachtoffers van de oorlog in Oekraïne, Rusland en ook elders.
Homilie
Broeders en zusters, vrienden van de Heer,
Vele gezichten zijn de afgelopen twee weken onder het stof vandaan gekomen. Mensen zijn gered en lichamen zijn geborgen. De ramp die we veertien dagen geleden hebben zien gebeuren, is niet simpelweg een natuurramp, maar ook een menselijk falen om waarschuwingen serieus te nemen en de bouw van steden aan te passen aan het risico van aardbevingen. Het is weer een kwestie van geld en politiek: goedkoper bouwen is ook gemakkelijker. Een leider maakt zich populair doordat er snel gebouwd kan worden. Dat de kwaliteit achterblijft en dat dit grote gevolgen heeft, realiseren wij ons door de verschrikkelijke verwoestingen. Er zullen nog vele jaren nodig zijn om dit weer op te bouwen. Hopelijk neemt men dan de bouwvoorschriften wel serieus.
Wat doen de gezichten van de getroffen mensen met ons? De gezichten van de hopeloze nabestaanden, die niet weten waar ze de nacht moeten doorbrengen? En de gezichten van de mensen die al een jaar in een oorlogsgebied verblijven of van hen die deze gebieden juist ontvlucht zijn? Kijken we hen echt in het gelaat? Worden zij daarmee onze broeders en zusters? De respons op de hulpvraag uit Turkije en Syrië was groot en mensen waren vrijgevig. Grote en kleine acties werden op touw gezet om iets te doen en ons gevoel van machteloosheid te doorbreken. Solidariteit is gegroeid. Dat is hoopvol. De Bergrede van Jezus begint met de Zaligsprekingen en wil ons helpen elkaar in de ogen te kijken. Jezus probeert ons te helpen achter de maskers te kijken van ons uiterlijk, achter de maskers van de rollen die we graag zouden willen spelen. “Kunnen mensen in jouw gezicht je innerlijke heiligheid herkennen?” vraagt Mozes in Leviticus. Jezus voert het verder en vertelt ons dat vooral concreet handelen die innerlijke heiligheid weerspiegelt.
Ongetwijfeld beseffen we dat we nog een weg te gaan hebben en dat de vraag van Mozes en van Jezus nogal onmogelijk lijkt: hoe kun je heilig en volmaakt zijn? In tijden van rampen en oorlog? Maar we hebben geen twee gezichten: een gezicht voor als het goed gaat en een gezicht voor noodgevallen. We hebben maar één hart en we hebben maar één bron en dat is Christus zelf. De moeilijke periode waarin onze wereld verkeert, vraagt ons te reageren en dat maakt duidelijk wat de gezindheid van ons hart is. Kunnen we in deze donkere tijden ons geloof in de houding van de Bergrede vasthouden? Kunnen we ons spiegelen aan Christus die zijn goede boodschap, zijn evangelie, heeft vastgehouden tot op het kruis? Kijken we ook naar het gelaat van Christus? Wat zien we dan? Laten we een moment stil staan bij ons eigen favoriete beeld van Jezus. Is dat een icoon? Is dat een kruisbeeld, of het beeld van de verrezen Heer hier in de kerk? Wat is het gelaat van Jezus dat u inspireert of bemoedigt?
Laten we het gelaat van ons geliefde Christusbeeld in gedachten nemen. Bij mij komen twee beelden in mijn gedachten. Het eerste is dat van een icoon dat ik thuis heb. Een icoon waarvan de ogen op bijzondere wijze gemaakt zijn. Er zit een heel verhaal achter van degene die de icoon gemaakt heeft. Op sommige momenten van bezinning komt dat verhaal weer boven en zie ik het gelaat van de kunstenaar. Het gelaat van Christus in de icoon verbindt zich met het gelaat van de persoon die de icoon gemaakt heeft. Ze horen bij elkaar. Het andere beeld is van een film die ik gistermiddag gezien heb met de Haagse Gemeenschap van Kerken: een film over Athos: Adam, waar ben je. Het is een film over dit schiereiland waar alleen monniken wonen en waar duizend jaar al gebeden en gezongen wordt in soms harde omstandigheden. De boodschap van die film was voor mij kernachtig, dat de mens moet beseffen welke tekorten hij heeft en welke fouten hij gemaakt heeft, maar dat uiteindelijk in de opstanding God naar ons toekomt en ons daarvan bevrijdt. Het besef dat wij zijn opstanding nodig hebben, zal ons helen en genezen. Is dat nu een sombere boodschap of een hoopvolle? Het lijkt nogal negatief door de nadruk op ons onvermogen en onze fouten. We houden daar niet van, we koesteren liever een positief zelfbeeld. Maar uiteindelijk is de vreugde van Pasen overweldigend. Nu we aan de vooravond staan van de veertigdagentijd en we kunnen nadenken over de manier waarop we de vasten gaan invullen, biedt het Paasfeest dat over twee maanden de duisternis zal verdrijven, een mooi perspectief. Laten we de duisternis van onze tijd, de oorlog en de rampen, verdrijven door het besef dat voor alle mensen opstanding de boodschap is. Dat is de vreugde van ons geloof. Amen