LogoAdVanDerHelm

kaarsjes

Verkondiging zevende zondag van Pasen, 1 juni 2014

Lezingen
Handelingen 1, 12-14
1 Petrus 4, 13-16
Johannes 17, 1-11a

Woord van welkom
Op belangrijke momenten in zijn leven zoekt Jezus de kracht van het gebed: aan het begin van de weg na zijn doop, bij het kiezen van de apostelen en nu ook vlak voor het afscheid van zijn leerlingen en zijn aardse leven. In dat gebed wordt duidelijk wat Hem het meest dierbaar is. Gebed is ruimte maken voor wat je dierbaar is en beseffen wat de kern van je bestaan is.

De paus hamert voortdurend op dit gebed en voortduren vraagt hij mensen om te bidden met elkaar en voor elkaar en voor de vrede. Zelfs Abbas en Peres reizen af naar Rome volgende week om samen te bidden. Het is bijzonder dat de paus deze twee mannen tot deze reis heeft weten te verleiden. En wat betekent dat voor ons? Praten we veel over ons geloof, discussiëren we veel over ons geloof? Of is juist het gebed een belangrijk fundament voor ons leven als katholiek gelovige?

Homilie
Tegenover de verdeeldheid van de wereld staat de eenheid van God. In de afscheidsrede van Jezus en vooral in het gebed waarin we vandaag mogen delen, geeft Jezus de essentie van zijn leven en zijn verkondiging. Het kernwoord is eenheid. Dat is geen uniforme eenheid, waar ieder individu zijn eigenheid verliest, maar een eenheid die daarentegen ieder mens in staat stelt de persoonlijke keuzes te maken die nodig zijn en zo een eigen weg te vinden, waarover hij tot zijn geweten kan zeggen: dat is de weg die de Eeuwige van mij vraagt.

Deze eenheid staat in contrast met de verdeeldheid van de wereld. Deze term is in het evangelie van Johannes niet neutraal. Met “wereld” wordt hier vaak de materiële wereld bedoeld, Johannes gebruikt die als tegengesteld of in spanning met de wereld van de Geest, de wereld van God, de wereld waartoe de leerlingen van Jezus, het levende Woord van God, geroepen zijn. Johannes ziet krachten in deze wereld die de leerlingen uit elkaar drijven en elkaars tegenstanders maken. Johannes ziet de wereld van God beschadigd en gekwetst raken, telkens wanneer de leerlingen zich niet meer bewust zijn van hun verantwoordelijkheid voor de wereld van God en denken dat zij slechts vruchten van God kunnen plukken zonder iets van zichzelf te geven. Dan wint de wereld van de verdeeldheid het van de wereld van Gods eenheid.

Jezus probeert in zijn leven tegenstellingen te overwinnen en mensen bij elkaar te brengen en met elkaar te verbinden. Daartoe heeft Hij alles gegeven, tot en met zijn leven, opdat de wereld van het geschenk van de liefde van God kan leven en wij daarin kunnen delen en getuigen van die liefde kunnen zijn.

Het plan van paus Franciscus, om volgende week de presidenten Peres en Abbas bij elkaar te brengen in gebed omwille van de vrede in Jeruzalem, getuigt van diezelfde Geest en aanpak als die van Jezus. Hier zal nog geen directe oplossing komen, maar er kan wel een basis voor een oplossing worden gelegd. Het is een symbolische dag: het is dan Pinksteren. Joden en moslims hebben daar weinig boodschap aan, maar voor ons christenen is het een feestdag van een eenheid die boven menselijke verdeeldheid en onenigheid en onverstaanbaarheid uitgaat. Mensen die elkaar normaal gesproken niet kunnen verstaan, verstaan elkaar op die dag beter en ervaren die dag als een instrument in de handen van God en durven getuigen van de grote dingen die God in hun leven gedaan heeft.

Hier is ook een aanbeveling voor ons eigen leven. In ons gebed ligt een basis voor dezelfde soort eenheid en verbondenheid. Hoe vaak wordt ons leven of dat van mensen om ons heen verscheurd door onenigheid, ruzie en tegenslagen? Hoe kun je de noodzakelijke eenheid weer herstellen? Door gebed zegt Jezus. Het herstelt onze eenheid met God en langs die weg kan het ook onze verbinding met elkaar herstellen. Door het gebed met elkaar en voor elkaar groeit het verlangen om elkaar niet los te laten en oplossingen te vinden voor moeilijkheden. Te vaak wordt gebed als machteloze en dus zinloze activiteit afgedaan. Heb je niet iets dat effectiever is? Naast de vraag of het gebed God zal vermurwen en op andere gedachten zal brengen, is het belangrijker te kijken naar het effect van het gebed op onszelf: dat ons eigen hart weer open gaat, open voor de naaste, open voor de weg die God van ons vraagt, open voor andere mogelijkheden, een bevrijding uit vastzittende patronen en beelden. Wie echt durft bidden verandert de wereld! Wie echt durft bidden verandert de wereld van verdeeldheid in de Wereld van Gods eenheid.

De elf leerlingen zijn met Maria en de andere leerlingen in gebed met elkaar verbonden. Zij hebben dit nodig omdat hun leven catastrofaal veranderd was. Na de kruisdood van Christus en het onvoorstelbare verhaal van zijn opstanding is het hun echt niet meteen duidelijk wat hun toekomst is. Door gebed blijven ze één met God en met elkaar. Zolang ze dit hebben is er ruimte voor Gods Geest.

De kerken hebben dit te vaak verwaarloosd. Gelukkig zijn er nog veel plekken van gebed gebleven en zijn er nog veel mensen van gebed gebleven. Laten ook wij het weer opnieuw aanleren en oppakken, al bidden we maar voor onze dierbaren en voor de noden die we dagelijks over ons uitgestort krijgen. Laten we niet klagen over het slechte nieuws, maar laten we ervoor bidden. Laten we het komende Pinksterfeest dus ook aangrijpen voor gebed met de paus! Bidden we voor vrede in Jeruzalem en heel de wereld. Laten we door ons gebed de eenheid vasthouden en herstellen. Laat dat een teken zijn voor de wereld die vaak in verdeeldheid leeft, laten wij tonen dat we leven van en voor de eenheid en de vrede.

Amen

Verkondiging zesde zondag van Pasen, 25 mei 2014

Lezingen
Handelingen 8, 5-8.14-17
Psalm 66
1 Petrus 3, 15-18
Johannes 14, 15-21

Woord van welkom
In de aanloop naar Pinksteren, merken we steeds meer hoezeer we de Geest van Jezus nodig hebben en hoe de wereld deze Geest nodig heeft. We leven in een tragische tijd: de mogelijkheden van de mensen lijken onbegrensd en toch moet we erkennen dat we er weinig mee opschieten. Wij kunnen wel een droom en een gelovige visie gebruiken. Het evangelie is zo'n visie die vertelt van leven en goedheid. Wij komen hier om daaruit te putten en weer gevoed te worden.

Vandaag vieren we het feest van de diakenen, onze collectanten: 250 jaar geleden is dit college opgericht toen de parochie nog bijeenkwam in de schuilkerk aan de Oude Molstraat. Enerzijds heeft het een praktische taak: geld inzamelen. Maar het is ook een bijdrage aan de offerande, een bijdrage aan het offer van Christus. In het verleden waren zij ook betrokken bij de zorg voor armen en behoeftigen. Nog steeds zijn drie collectanten ook leden van de PCI.

Ik feliciteer onze diakenen en ik feliciteer onze parochie met deze markante collectanten die in de pers “de zwijgende dienaars” werden genoemd. Gisteren tijdens de feestavond viel dat wel mee, dat zwijgen …

Vandaag bidden we dat deze inzet en de inzet van veel anderen voor onze kerk vruchten mag dragen. Voor de keren dat we dat niet waarmaakten en ons doopsel vergaten, vragen we God om vergeving.

Homilie
De Handelingen van de apostelen is een bijzonder intrigerend boek. Het getuigt van een onbegrensd optimisme. De leerlingen die de wereld intrekken brengen overal de Geest van Jezus. Ze genezen mensen, ze verdrijven het kwade, dat kan overheersen, ze leggen mensen de handen op die vervolgens op hun beurt van de Geest van Jezus vervuld worden. De wereld staat open voor hun boodschap en de mensen zijn van harte bereid om het evangelie aan te nemen.

De Helper die door Jezus beloofd wordt in het evangelie is duidelijk aan het werk bij de rondreizende apostelen. Zij leven niet alleen in verbondenheid met Jezus, maar zij weten ook nog hoe zij Hem kunnen tonen aan de wereld. Wie Mij ziet, zegt Jezus, ziet de Vader. Wie de leerlingen ziet, ontmoet Jezus. Wie de christenen van vandaag ziet, wat ziet die?

De reputatie is sinds de apostelen niet altijd zo helder en scherp gebleven als getuigen van de liefdevolle God in Christus. De boodschap is vertroebeld geraakt en er zijn zaken gebeurd in de kerk en door de kerk die niet van het evangelie getuigen. Dat maakt geloven een hachelijke aangelegenheid: wie durft zich nog tot dit evangelie te bekennen? We hebben een Helper nodig om het evangelie weer in zuiverheid en helderheid te kunnen verkondigen, om weer op te vallen, om weer te tonen dat de wereld door het evangelie kan veranderen.

Geloven we voldoende in die kracht van het evangelie? Geloven we voldoende in de kracht van onszelf als leerlingen van Christus? Als we ons geloof laten afhangen van de fouten van anderen, zal deze wereld nooit vooruitkomen in de richting van Gods koninkrijk. Ons geloof en ons getuigenis moeten juist sterker zijn dan de fouten van anderen. Juist die fouten moet ons nog meer binden aan het evangelie en de kerkgemeenschap. Alleen dan zal de wereld de vergevende en liefdevolle kracht van het evangelie kennen.

De paus is deze dagen op bezoek in het Heilig Land. Een bezoek dat met veel aandacht wordt gevolgd. Ook in het Heilig Land zijn veel tekenen van haat en geweld, van fouten die door religieuze en wereldlijke leiders gemaakt zijn. De paus moet spitsroeden lopen tussen de groepen en religies, tussen kerken en stromingen. Politieke en diplomatieke behendigheid worden hier gevraagd.

Toch is de boodschap van de paus helder: laten we de geschiedenis overwinnen en elkaar een hand reiken. Hij maakt een pelgrimage van gebed, zo noemt hij zijn reis. De ontmoeting met de patriarch van Constantinopel vandaag herinnert aan de spectaculaire ontmoeting van paus Paulus VI met de toenmalige patriarch. Kerkleiders die elkaar in geen duizend jaar hadden gezien, overstegen de geschiedenis en reikten elkaar de hand en noemden elkaar broeders. Zulke daden corrigeren de geschiedenis, zulke ontmoetingen maken van een schijnbaar noodlot een heilsgeschiedenis. Dan is Gods koninkrijk nabij.

Om in het Heilig Land dat verscheurd wordt door extremisme, door landjepik, treiteren en openlijke onderdrukkingen van minderheden een gebaar te stellen, moet je ofwel gek zijn ofwel christen. Het kan alleen de Heilige Geest zijn die mensen een dergelijke moed geeft.

Wij gaan in deze voetsporen en willen mensen zijn die weigeren vijanden te zijn, die weigeren genoegen te nemen met onrecht en boosheid. Wij geloven in de goede weg van Jezus Christus, en laten ons niet weerhouden door de lauwheid van anderen en de fouten die gemaakt zijn. Wij zijn de getuigen van vandaag die de wereld kunnen tonen dat Christus leeft.

Amen

Verkondiging vijfde zondag van Pasen, 18 mei 2014

Lezingen
Handelingen 6, 1-7
Psalm 33
1 Petrus 2, 4-9
Johannes 14, 1-12

Woord van welkom
Welkom in deze viering. Jezus wil ons troosten als we denken dat er niet voldoende ruimte is. God geeft ruimte. Hij geeft ons ook de opdracht elkaar die ruimte te bieden. In deze ruimte voelt de mens zich niet verloren of eenzaam, maar zich gedragen en geliefd door God die de liefde zelf is. Jezus heeft die liefde van God in de wereld zichtbaar en tastbaar gemaakt en vandaag zegt Hij tegen zijn leerlingen, op de laatste avond van zijn leven, dat Hij hen gaat verlaten. Hoe kan het leven dan verder gaan, als Hij er niet meer is? Hoe de leerlingen daarop antwoorden lezen we in de eerste twee lezingen: zij bouwen aan een kerkgemeenschap waar die aanwezigheid voortleeft.

Wij maken deel uit van die gemeenschap die Gods liefde in deze wereld tegenwoordig stelt. Voor de keren dat we dat niet waarmaakten en ons doopsel vergaten, vragen we God om vergeving.

Homilie
De avond met de leerlingen is onrustig. Waren zij wel op zoiets voorbereid? Een mooie pesachmaaltijd wordt een afscheidsmaaltijd. Wat een herinnering aan een bevrijdend gebeuren was: de bevrijding uit het land van de slavernij, uit Egypte, wordt een aankondiging van lijden en dood. Jezus zegt dat Hij zijn leerlingen gaat verlaten. De leerlingen raken natuurlijk in verwarring omdat zij zich niet kunnen voorstellen zonder Hem te moeten leven. “Tot wie zouden wij anders gaan?” roept Petrus elders uit.

Toch is deze afscheidsreden niet zonder perspectief, zonder hoop. God geeft ruimte voor een nieuw begin. Jezus zal hen verlaten, maar Hij laat hen niet alleen. De leerlingen moeten dat gaandeweg ontdekken, zoals ook wij moeten ontdekken dat ons leven niet leeg is, maar gevuld met geloof, hoop en liefde. Dat is onze levensopdracht: ons bestaan vullen met de liefde: met naastenliefde en dus met Gods liefde.

In de eerste lezing horen we hoe de leerlingen hun angst hebben overwonnen en zonder de vroegere aanwezigheid van Jezus hun beslissingen nemen en bouwen aan de kerkgemeenschap. De diakens worden gewijd: er worden mensen met speciale taken in de kerkgemeenschap belast. De apostelen blijven bezig met het gebed en de verkondiging van het evangelie. De andere taken worden door anderen overgenomen.

In de Petrusbrief wordt duidelijk gemaakt dat het gebouw van de kerkgemeenschap altijd gevestigd is op de kostbare hoeksteen die Christus is. In deze wereld zijn ook wij geroepen om te bouwen aan de kerkgemeenschap. De opdracht van de kerkgemeenschap is om Christus tegenwoordig te stellen, om de mensen te herinneren aan de eeuwige en alomvattende liefde van God: niemand wordt daarvan buitengesloten.

De wereld heeft dat nodig. De wereld is onrustig en mensen komen in beweging. Door oorlogen en conflicten verlaten velen hun huis. Talrijke vluchtelingen zijn onderweg. Miljoenen verlaten hun huis om elders voor zichzelf en hun kinderen een veilig heenkomen te zoeken. Een fractie van die vluchtelingen komt in Europa en vormt daar al een politiek probleem. Er wordt geschermd met cijfers en het menselijke drama wordt onderschat.

Hebben we als christenen daar een antwoord op? Kunnen wij ruimte maken voor hen die in nood zijn? We kunnen zelf ook niet simpelweg asielzoekers in ons huis opnemen. We zijn machteloos. We zien degelijks de beelden van de vluchtelingen en dan denken we nog niet eens aan degenen die het niet gered hebben en die verdronken zijn of gestorven van uitputting.

Jezus zelf is als een vreemdeling in deze wereld. Hij moet zich vaak zeer eenzaam gevoeld hebben. Hij kwam in het zijne, maar de zijnen aanvaardden hem niet, zegt de evangelist Johannes. Het is een vraag van de leerlingen: wie is Hij, waar komt Hij vandaan? Deze eenzaamheid van Jezus staat tegenover de ruimte en de gastvrijheid van God zelf: in het huis van mijn Vader is ruimte voor velen.

Laten wij als christenen en als kerk bouwen aan die gastvrije wereld en de ruimte van God beschouwen als een opdracht voor ons. Als wij ons verzamelen rond de tafel van Christus en gevoed worden door zijn aanwezigheid, houdt dat ook in dat wij de plicht hebben de wereld te voeden. Durven we dat wel? Met de verkiezingen voor Europa hebben we een mogelijkheid om een gebaar te maken. Ondanks alle kritiek die op Europa mogelijk is, blijft het een project van ruimte voor vrede, na een eeuw van verschrikkelijk geweld. De bisschoppen pleiten voor deelname aan de verkiezingen en wijzen op hetgeen er op het spel staat. Laten we onze verantwoordelijkheid nemen.

Amen