Verkondiging 3 november 2024, eenendertigste zondag door het jaar
Lezingen
Deuteronomium 6, 2-6
Psalm 18
Hebreeën 7, 23-28
Marcus 12, 28b-34
Woord van welkom
Van harte welkom. De komende dagen staat er veel op het spel voor de stabiliteit voor onze wereld. Stabiliteit en zekerheid zijn erg kwetsbaar geworden. Het lijkt soms alsof men er plezier in schept om tegenstellingen te vergroten en de ander niet alleen als tegenstander, maar zelfs als vijand af te schilderen. De geboden waar Mozes en Jezus ons aan herinneren deze zondag, wijzen een andere weg. De oorsprong van de gebeden zoals we die hebben geërfd van het Joodse volk vinden hun oorsprong in de woestijn. Dan kun je het je niet veroorloven om als volk uit elkaar te vallen en tegenover elkaar te gaan staan. Laten wij die verleiding weerstaan en telkens weer eenheid zoeken om als gemeenschap samen te komen. Zo bieden we een tegenwicht tegen de verdelende krachten. Laten we aan het begin van de viering vragen om vergeving voor al die keren dat we zelf verdeeldheid brachten. En we bidden om ontferming.
Homilie
Broeders en zusters, vrienden van de Heer,
Dat er één God is, is de kernboodschap van Mozes in Deuteronomium. In de verlatenheid van de woestijn, ergens tussen Egypte en het beloofde land, bieden zich allerlei goden aan, die verleidelijk zijn. Het zijn goden van de volken van de woestijn of populistische leiders die een andere weg willen inslaan dan de weg van Mozes. Het volk is onzeker: Egypte was dan wel een slavenland, maar men had er te eten en men had een dak boven het hoofd. De mensen wisten waar ze aan toe waren. En dat beloofde land van vrijheid is wel een mooie droom, maar hoe ver moeten we nog? Zullen we ooit die mooie toekomst zien? Kunnen we wel op Mozes vertrouwen? Is het al die inspanning wel waard? Er wordt volop gemord in de woestijn en verdeeldheid ligt op de loer. Dus dan is die boodschap “onze God is één” minder vanzelfsprekend dan wij nu geneigd zijn te denken. Als we eerlijk zijn en rondkijken in onze wereld, zien we dat in onze tijd velen hun eigen goden hebben gecreëerd: de god van hun eigen belang, hun eigen welvaart, hun eigen waarheid op sociale media. Het is een keuze om je eigen wil te laten prevaleren boven het belang van het geheel en de geloofsgemeenschap. De boodschap van Mozes is nog ongelooflijk actueel en gaat niet alleen over ons geloof zelf, maar ook onze gehele levenshouding: dienen we eenheid of verdeeldheid?
Ik versta in de boodschap van Mozes ook het monotheïsme dat we van Abraham en Noach hebben geleerd. We kunnen dat ook verstaan in deze zin: onze God is eenheíd. Daar waar de mensheid de eenheid bewaart, wordt God zichtbaar en werkzaam. Daar waar men zich laat leiden door verdeeldheid, raakt God buiten beeld. Dan zal zijn gerechtigheid niets kunnen betekenen. In plaats van eenheid van het volk, heeft ieder zijn eigen waarheid en heeft ieder leider zijn eigen belangen en eigen waarheid. Dan zal het beloofde land steeds verder uit beeld raken. Met die gedachten herlees ik de tweede lezing van vandaag. De Hebreeënbrief is een andersoortige brief dan de anderen en niet makkelijk leesbaar. Anders dan bij de brieven van Paulus staat hier niet de gemeenschapsopbouw centraal in de concrete gemeenten van de steden, zoals Korinthe, Thessalonika en Efese, maar de opbouw van de kerk op basis van het offer van Christus dat zichtbaar werd in het Laatste Avondmaal en op het Kruis. Het hogepriesterschap van Christus staat centraal. In onze kerk is Christus de bron van eenheid. Er zijn vele priesters en bisschoppen in onze kerk en ook zij hebben allemaal hun eigenheid. Maar de wortel van hun priesterschap is er maar één: Christus zelf. De tekst van vandaag wijst ons erop dat het priesterschap in de kerk, zowel het gewijde ambt van de priesters als het priesterschap van alle gelovigen door het doopsel voortkomt uit het ene priesterschap van Christus.
Wat wij vandaag vieren en wekelijks herhalen is een bron van eenheid. Het is ook duidelijk geworden in de synode die vorige week is afgesloten. Ook daar is eenheid en consensus. Daar werd de eenheid beschouwd als teken van de heilige Geest. Grote en fundamentele issues zijn nog niet opgelost. Dat heeft ook tijd nodig. En het heeft ook nodig dat we als geloofsgemeenschap de eenheid stellen boven het willen realiseren van onze eigen verlangens. Als u de berichten gevolgd heeft – eerlijk gezegd moet u daarvoor bij wat meer gespecialiseerde kranten zijn, zoals het Katholiek Nieuwsblad of het Nederlands Dagblad – dan heeft u kunnen ontdekken hoezeer de synode in Rome een oefening is geworden in luisteren. Wat dat voor onze kerk in Nederland en ons bisdom betekent, valt nog te bezien. Maar er is werk aan de winkel in twee opzichten: er is enthousiasme nodig voor onze eigen boodschap en onze eigen geloofsgemeenschap en er is het getuigenis nodig voor de wereld, dat het mogelijk is om de eenheid te bewaren.
Ook de samenleving, zowel die in Nederland als wereldwijd -en we denken ook aan de VS die aan de vooravond staan van belangrijke verkiezingen-, is onderweg in een woestijn. We kunnen het beloofde land alleen bereiken wanneer we de eenheid bewaren, anders lopen we vast in de modder. Laten we ons eigen leven als christenen beschouwen als getuigenis van de eenheid die Christus heeft getoond. Amen